Fietssnelwegen, knooppunten, toeristische fietsroutes: Vlaanderen telt heel wat verschillende routes voor fietsers. Wat zijn de verschillen, en welke route kies je best?
Fietsknooppunten
Het bekendste fietsroutenetwerk in Vlaanderen is het Fietsknooppuntennetwerk. Het bestaat uit een netwerk (vooral) verkeersarme wegen waar je veilig kan fietsen. Waar twee van die wegen elkaar kruisen, staat een knooppunt met een nummer, bijvoorbeeld 78. Langs de wegen staan groen-witte bordjes die je naar het gewenste knooppunt gidsen. Op het knooppunt zelf staat een bordje met pijlen naar de volgende knooppunten (bijvoorbeeld 79 en 48). Het fietsknooppuntennetwerk brengt je langs mooie, rustige wegen. Maar er zitten soms wel pittige stroken tussen waar je behoorlijk moet klimmen en sommige stukken gaan over gravel, zandwegen of kasseien.
Nummertjes volgen
Weet ook dat je op de bordjes van het fietsknooppuntennetwerk alleen de nummers ziet, niet de bestemming. Als je zomaar blindelings nummers volgt, weet je niet waar je uitkomt. Daarom stippel je best op voorhand een route uit. Dat kan op verschillende websites, bijvoorbeeld de fietsrouteplanner van Vlaanderen Fietsland. Klik op een knooppunt om het aan je route toe te voegen. De routeplanner toont de totale afstand, en ook de ondergrond (groen: verhard; bruin: onverhard; cyaan: kasseien). Je kan je route afprinten, of alleen de volgorde van de knooppunten noteren. Er bestaan ook smartphoneapps waar je een knooppuntenroute kunt uittekenen. Met een smartphonehouder voor op je fietsstuur heb je de route dan altijd voor ogen.
Thematische fietsroutes
Elke Vlaamse provincie heeft tientallen thematische fietsroutes. Die werden uitgestippeld door de toeristische diensten, en brengen je langs bezienswaardigheden van allerlei slag: mooie landschappen, kastelen, de Belgische wetenschapper die de Big Bang-theorie bedacht, locaties uit de strips van Urbanus … Je kan het zo gek niet bedenken of er bestaat een themaroute over.
De juiste lus
Deze thematische routes zijn uitgetekend als lussen, zodat je altijd weer aan je vertrekpunt aankomt. Ze werden tot voor kort altijd aangeduid met een zeshoekig bordje met rode tekst. Geleidelijk worden deze routes mee opgenomen in het fietsknooppuntennetwerk en zullen de aparte bordjes verdwijnen. Je kan deze thematische fietsroutes vinden bij Vlaanderen Fietsland, of bij de provinciale diensten voor toerisme in Antwerpen, Limburg, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant en West-Vlaanderen.
Langeafstandsroutes
Als je Vlaanderen met de fiets wilt verkennen, kun je een van de langeafstandsfietsroutes (LF) volgen. Dat is het fietsequivalent van de bekende GR-wandelroutes. Het LF-netwerk in Vlaanderen telt in totaal 1200 kilometer langs rustige en veilige wegen. Er zijn elf routes uitgetekend, die meestal aansluiten op een Europese LF-route in Nederland, Frankrijk en Duitsland. Het koninginnenstuk heet Vlaanderen Fietsroute, een lus van maar liefst 800 km die je door de vijf Vlaamse provincies brengt. Die hoef je uiteraard niet op één fietsvakantie af te leggen.
Grote Routepaden
De LF-routes hebben een eigen bewegwijzering met rechthoekige groen-witte bordjes. Net als bij het fietsknooppuntennetwerk durft de staat van de ondergrond nogal te wisselen en zitten er soms pittige hellingen bij – iets om aan te denken als je met een fiets volgeladen met bagage op pad gaat! Je kan de kaarten van de LF-routes downloaden bij Grote Routepaden.
Functionele fietsroutes
De bovenstaande fietsroutes zijn vooral bedoeld voor ontspanning en vakanties. Ze brengen je langs mooie en rustige wegen, maar zijn niet altijd de snelste of meest comfortabele manier om van A naar B te gaan, bijvoorbeeld om van je woonplaats in Mechelen naar je werk in Diegem te fietsen. Daarom werken de provincies aan een alternatief, dat in Vlaams ambtenarenjargon het ‘Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk’ (BFF) heet.
Fietsostrades
De slagaders van het BFF zijn de bekende fietsostrades of fietssnelwegen: comfortabele en veilige fietspaden met zo weinig mogelijk kruisingen en hindernissen. Op de fietsostrades sluiten de ‘functionele fietsroutes’ aan: deze verbinden dorpskernen, scholen, winkelcentra, sportcentra en bedrijventerreinen. Een functionele fietsroute volgt bij voorkeur de kortste weg tussen twee punten, en loopt daardoor vaak parallel aan een drukke steenweg. Het zijn zeker niet de mooiste routes, wel de meest efficiënte.
Betere fietsinfrastructuur
Waar het fietsknooppuntennetwerk en de toeristische routes bestaande wegen gebruiken, wordt er voor het BFF ook geïnvesteerd in nieuwe of betere fietsinfrastructuur. Fietsostrades worden aangelegd, missing links worden gesloten en onveilige fietspaden worden heraangelegd. Dat gaat trager en is duurder dan bordjes naast bestaande wegen zetten, en het zal dus nog wel even duren voor het hele BFF klaar is. Je kan de actuele stand van zaken bekijken bij Geopunt Vlaanderen.